U gebruikt een verouderde browser. Om die reden werkt deze site wellicht niet naar behoren.Direct naar hoofdinhoud

Geen internet!

Het is woensdagmorgen en het stormt. Gelukkig hier niet zo dramatisch als aangekondigd, maar het waait stevig, en de sluizen bij de Leuvehaven zijn gesloten. Veilig gevoel. Op kantoor aangekomen roept het al aanwezige personeel: wij hebben geen internet. Toch niet vanwege de storm? Je zou het bijna denken. Hoe dan ook, de laatste mail kwam gisteravond binnen en sindsdien is het stil. We zijn afgesloten van de buitenwereld. Niemand kan ons bereiken en wij kunnen ook naar niemand toe. Hoe moet dat nu, met alle voorbereidingen voor zondag, en voor de bijeenkomsten deze week en volgende week, en het symposium en het Laurentiusdiner…. Wat gaan we vandaag doen? De kasten maar eens opruimen? Wacht! Hoe ging dat vroeger ook al weer?
Een dominee werkte gewoon thuis, op de studeerkamer, tussen de boeken en de zwarte toga aan een knaapje. Wat er op gezocht moest worden, een weetje, een tekst, een theologische waarheid, stond gewoon in een boek, boeken genoeg. Wat er geschreven moest worden ging met de pen, op papier, later geordend in mappen en ordners of gewoon losjes op stapeltjes. Ook de preek. De communicatie ging met de telefoon, die dan ook herhaaldelijk door het hele huis heen schalde, want een beetje pastorie heeft een huislijn met overal bellen.
En er zat een brievenbus in de buitendeur, en met regelmaat klepperde die bus omdat iemand een briefje in de bus stopte. Over een afspraak die moest worden bevestigd, of verschoven. Over ongenoegen over afgelopen zondag, of dat het allemaal zo mooi was. Bedenk ook: de post kwam elke dag, wat zeg ik: vaak twee keer per dag. Met vrijwel altijd een aardige stapel post. De Nederlandse Hervormde Kerk had nog portvrijdom en deponeerde met grote regelmaat flinke enveloppen op de mat met stukken over het beleid van de kerk, een orgaan van bijstand, of over de financiën. Iedereen stuurde post, en niet zelden kwam die ook uit het buitenland. En omdat een dorp laagdrempeliger is dan een stad stond er nogal eens iemand met een boodschap of verhaal voor de deur. Koffie, thee, het hoorde er allemaal bij.
Het nieuws kwam binnen via de krant, de radio ook, televisie heb ik me pas aan bezondigd toen de Berlijnse Muur viel en ik de gebeurtenissen ginds levend en wel wilde zien. In de trein lazen mensen een krant, een boek, of deden een dutje. Of praatten met elkaar. Van Utrecht tot Enschede.
Toch straks thuis even op Google kijken wanneer dat allemaal zo veranderd is….
Bert Kuipers