U gebruikt een verouderde browser. Om die reden werkt deze site wellicht niet naar behoren.Direct naar hoofdinhoud

Resultaten voor de categorie Column

Afgelopen zaterdag reisden we in een uur of twaalf van Wenen naar Rotterdam. In Frankfurt hadden we een half uur om over te stappen en ik de behoefte om een sigaret te roken. Daarvoor moet je buiten het station.

Voor Frankfurt Hbf (Hauptbahnhof) was een chaos van hekken, bouwketen en troep. Iets verderop, waar de stad begon, hingen een stuk of vijftien junks van ongeveer mijn leeftijd op een trap die naar beneden ging. Tussen hen in een paar herdershonden en plastic zakken met hun spullen. Een paar meter daarvandaan ging een groepje mensen in een kring staan, een van hen sloeg een akkoord op een gitaar, een ander begon luidkeels over een profeet en over Jezus en de goede boodschap. Wat was hun publiek: de junks, de voorbij haastende reizigers of hadden ze het vooral tegen zichzelf? “Zie ons, wij staan aan de goede kant!”

Alsof je in een decor gestapt was wat de jaren zeventig moest verbeelden. Vreemd maar ook wel prettig, deze rommeligheid in een stad van roestvrijstaal en glazen gevels tot in de wolken, waarvandaan elke dag miljarden euro’s stromen om Europa aan de gang te houden.

Een paar dagen geleden had de koning een gesprek met mensen die benadeeld zijn in de toeslagenaffaire. Vooraf was sprake van de eis dat de koning excuses moest aanbieden. Naar aanleiding van dat bericht bedacht ik dat iedereen die bij wat dan ook om excuses roept dringend bij zichzelf te rade moet gaan.

Want als om excuses gevraagd wordt dan moet degene aan wie ze gevraagd worden in de positie zijn om daadwerkelijk wat te doen waarmee een onrecht wordt rechtgezet. Anders is het niet meer dan een loos gebaar. En zijn de excuses niet meer dan de erkenning en bevestiging van het slachtoffer zijn. Dat moet je volgens mij nooit willen, hoe erg het ook is wat ze je hebben aangedaan.

Aan mensen moet recht worden gedaan. Ze waren slachtoffer maar ze worden eiser van gerechtigheid. Ze zijn geen slachtoffer meer. In de bijbel (de Psalmen) is het de koning die geacht wordt namens God daar garant voor te staan. Die functie, hoe symbolisch ook, heeft de koning bij ons dus ook nog.

Op de radio werd gisteren gemeld dat een 96-jarige Duitse vrouw er met een taxi vandoor was gegaan, omdat ze niet voor de rechtbank wilde verschijnen waarvoor ze was opgeroepen. Na een paar uur werd ze gevonden. Over de vrouw had eerder een bericht in de krant gestaan. Zij was in 1943 als typiste op de administratie van het concentratiekamp Stutthof komen werken, nu wordt ze beschuldigd van medeplichtigheid aan de moord op 11.000 mensen. De rechter voor wie ze moet verschijnen is een kinderrechter want ze was in 1943 nog maar 18 jaar oud.

De Duitse justitie is aan een merkwaardige race bezig. Men wil nog zo veel mogelijk mogelijke oorlogsmisdadigers voor de rechter brengen. Een race tegen de tijd: jonger dan 95 jaar zal geen van de verdachten zijn. Het argument van justitie is dat oorlogsmisdaden niet verjaren. Daarnaast zal ook een rol spelen dat veel echte oorlogsmisdadigers na 1945 als eerbare burgers hun carrière konden voortzetten en dat pas veel later de gedachte opkwam dat de daders moeten worden opgespoord. Misschien ook omdat het lastig is om je eigen vader of moeder voor de rechtbank te slepen?

Heeft die vrouw toen ze een meisje van 18 was één van die 11.000 vermoord? Heeft ze iets ergers gedaan dan namen van gevangenen op lijsten getypt? Waarschijnlijk niet, maar ze was erbij. Ze heeft niet geprotesteerd, ze heeft geen ontslag genomen, ze heeft hoogstens de andere kant opgekeken.

De misdaden in die tijd gepleegd zijn niet zomaar met andere te vergelijken, maar als je het standpunt van de Duitse justitie over het niet verjaren en de rekkelijkheid van medeplichtig zijn op ‘nu’ betrekt en op wat nu gebeurt, waarvoor zouden u en ik ooit nog eens voor het gerecht kunnen worden gedaagd?

Sinds drie jaar is er een Europawijde wet die de privacy van mensen verzekert. Daar heeft bijna iedereen op de een of andere manier mee te maken. Als je een bedrijf hebt moet je regels opschrijven hoe je met de gegevens van klanten omgaat. Een kerkelijke gemeente moet aan haar leden laten weten hoe ze hun namen en adressen registreert. Een achterliggende gedachte is dat iemand niet met onze
persoonsgegevens kan doen wat ie wil, zoals bijvoorbeeld verkopen. De wet ter bescherming van privacy (AVG) is zinvol, al kun je je afvragen of alle persoonlijke gegevens die op het internet circuleren niet minstens zo dringend beschermd moeten worden.

Maar soms brengt die wet me tot razernij.

Ik belde een huisartsenpraktijk op met de vraag om bij een patiënt langs te gaan met wie het niet goed gaat. Dat gingen ze doen. Toen ik later nog eens belde omdat het niet duidelijk was of ze er geweest waren kreeg ik te horen dat ze me dat niet mochten zeggen vanwege de wet op de privacybescherming. Ze hadden kunnen antwoorden: bemoei je d’r niet mee. Ze hadden iets anders kunnen zeggen. Maar dat iemand zich verstopt achter een wet die voor iets heel anders bedoeld is.

Ik heb op het nippertje m’n telefoon niet opgegeten.

In de afgelopen week ging de Paus op reis door Oost Europa. Bij een bliksembezoek aan Hongarije bezocht hij een congres van christenen. Daarna sprak hij met premier Órban. Victor Órban profileert zich als de hoeder van de christelijke ziel van Europa, waarmee hij ook de abjecte Hongaarse behandeling van vluchtelingen legitimeert.

Daarna vloog de Paus door naar Slowakije. In Košice, de tweede stad van het land bezocht hij een wijk waar een Roma minderheid woont. In de wijk, Lunik IX, wonen ca. 6000 Roma, het kunnen er veel meer zijn. De Roma bevolken met gemiddeld 10 mensen een kleine woning. 90 % heeft geen werk. Ze leven van kinderbijslag en kleine uitkeringen. De meeste woningen hebben gas, elektriciteit, water noch riolering. De straten zijn open riolen. Voor koken en verwarming gaan wijkbewoners naar het bos om hout te sprokkelen. Lunik IX is het grootste getto binnen de Europese Unie. In de dagen voor het bezoek van de Paus werden afvalbergen geruimd, plantsoenen gesnoeid en straten schoongespoten.

Veel Slowaken vonden het maar niets dat de Paus naar de Roma wijk ging. De Paus zei tegen de samengestroomde Roma: “Te vaak bent u voorwerp van onbarmhartige oordelen, discriminerende stereotyperingen, van beledigende woorden en daden.”

De mensen in de wijk verwachten niet dat het na het bezoek van de Paus beter wordt, maar ze hopen van wel. Vrij naar Gerard Reve: toch goed dat er een Paus is!

Morgenmiddag twintig jaar geleden ging ik op de fiets naar iemand toe om iets af te spreken. Ik belde aan. De vrouw deed de deur open en liet me binnen. In de kamer zaten twee kinderen op de bank naar de t.v. te kijken. Ik wierp er een blik op en zag een wolkenkrabber gehuld in een rookwolk en een vliegtuig dat er tegenaan leek te botsen. Ik dacht, een moraliserende dominee betamend, dat het een beetje apart was om met je twee kinderen op een doordeweekse middag naar een rampenfilm te gaan zitten kijken. Even later fietste ik naar huis om zelf de t.v. aan te zetten.

In de dagen na nine-eleven knipte ik foto’s uit kranten met beelden van witbestoven mensen, verwrongen staalconstructies, gezichten van reddingswerkers en van politici die vastberaden proberen te kijken. De foto’s gebruikte ik als materiaal bij de catechisatie. Ik heb ze een jaar of tien later weggegooid, wat me nu spijt. Bij de aanslagen op elf september 2001 werden 2977 mensen gedood.

Wat de kapers met de aanslagen voor ogen gestaan mag hebben, de kwetsbaarheid van het wereldwijd dominante vrije westen hebben ze aangetoond.